Volgens een recent onderzoek van de ANWB gaat een op de drie Nederlanders zuiniger om met de zomervakantie vanwege de inflatie. Ze beperken hun uitgaven door goedkopere bestemmingen te kiezen, hun vakantie korter te maken, te kiezen voor kamperen in plaats van hotels en minder uit eten te gaan. Uit het onderzoek, uitgevoerd onder duizend Nederlanders, bleek dat twee op de drie nog steeds op vakantie gaan tijdens de schoolvakantie. Maar een aanzienlijk deel van de ondervraagden past zijn plannen aan om geld te besparen.

Bijna een op de drie kiest bijvoorbeeld voor goedkopere bestemmingen, zoals Griekenland in plaats van Italië. Daarnaast overweegt één op de vijf om helemaal geen vakantie te nemen vanwege de gestegen prijzen. Sanne Over van de ANWB merkte op dat mensen actief op zoek zijn naar goedkopere alternatieven, waarbij sommigen kiezen voor kamperen in plaats van hotels. Maar ondanks deze aanpassingen blijft de zomervakantie een prioriteit voor veel Nederlanders, omdat ze bereid zijn te bezuinigen op andere vakanties gedurende het jaar om ervoor te sparen.

Tijdstip van vakantie wordt vaak aangepast

Ongeveer 1 op de 7 Nederlanders heeft gemeld dat ze hun zomervakantieplannen hebben aangepast door eerder of later te boeken om grote drukte en prijsstijgingen te vermijden. Een aanzienlijk deel van de bevolking, 39 procent, beweert dat de devaluatie van de munteenheid geen invloed heeft op hun vakantiebeslissingen.TUI, een gerenommeerde reisorganisatie die jaarlijks voor ongeveer 1,7 miljoen mensen vakanties mogelijk maakt, erkent dat vakanties inderdaad duurder zijn geworden. Petra Kok, een vertegenwoordiger van TUI, legt uit dat de stijgende kosten van kerosine van invloed zijn geweest op de vluchtprijzen, terwijl ook de hoteltarieven zijn gestegen.

Eind maart had 70 procent een reservering gemaakt. Het is opvallend dat er een paar weken eerder een scherpe daling was in het aantal mensen dat op zoek was naar een last-minute vakantie. Waarschijnlijk is dit een gevolg van de toegenomen inflatie, waardoor vakanties dit jaar duurder zijn. Na een lichte prijsverlaging zagen we echter direct een toename van de activiteit op de website.

Volgens een onderzoek van HR- en salarisdienstverlener SD Worx hebben Europese werknemers uiteenlopende meningen over het aantal vakantiedagen dat nodig is om tot rust te komen en te ontspannen. Uit het onderzoek bleek dat Nederlandse werknemers gemiddeld 18 vakantiedagen nodig hebben om volledig op te laden.

Ter vergelijking: werknemers in het Verenigd Koninkrijk vinden dat ze 8,5 dagen nodig hebben, terwijl Italianen de voorkeur geven aan 11 dagen. Werknemers in Spanje en Finland gaven aan meer behoefte te hebben aan vakantie, met een voorkeur voor respectievelijk 27 en 34 dagen. De resultaten van het onderzoek laten zien dat werknemers steeds meer belang hechten aan een goede balans tussen werk en privé.

Grote verschillen per land

Het aantal vakantiedagen dat werknemers denken nodig te hebben kan per land sterk verschillen. Er is bijvoorbeeld een verschil van ongeveer 19 dagen tussen het Verenigd Koninkrijk en Spanje. Het verschil is echter kleiner als het gaat om de vaste vakantieperiode die jaar na jaar wordt opgenomen. Ongeveer 37 procent van de Europeanen houdt vast aan een vast jaarlijks vakantiepatroon, waarbij vooral Nederlandse, Italiaanse en Belgische werknemers voor deze aanpak kiezen. Finse werknemers nemen daarentegen het minst vaak een vaste jaarlijkse vakantie op.Interessant is dat 37 procent van de ondervraagden bereid is om onbetaald verlof op te nemen als hun vakantiedagen al op zijn. Deze optie is vooral populair onder werknemers in Nederland en minder onder Spaanse werknemers.

Ongeveer een derde van de Europese werknemers geeft toe hun werk te volgen tijdens hun vakantie, of het nu gaat om het controleren van e-mails of het beantwoorden van werkgerelateerde telefoontjes. Dit gedrag komt het meest voor bij Noorse, Nederlandse en Italiaanse werknemers. Duitse werknemers daarentegen zijn minder betrokken bij hun werk tijdens hun vakantie. Gemiddeld heeft ongeveer een derde van de Europeanen moeite om zich tijdens de vakantie mentaal los te maken van het werk.

Voor mensen die op jonge leeftijd geadopteerd zijn en nieuwsgierig zijn naar hun land van herkomst, is een rootsreis nu een optie. Deze reis houdt in dat je naar je geboorteland reist op zoek naar je biologische wortels, alleen of met een groep gelijkgestemden en adoptiefamilieleden. Inmiddels hebben al velen met name jongeren de reis gemaakt, waaronder naar China.

Zij zijn aangenaam verrast door de impact die het op hen had. Veel Nederlandse geadopteerden hebben hun wortels in landen als Taiwan, Ethiopië, China, Colombia, India en Indonesië. Hoewel alleen reizen naar deze landen mogelijk is, is het vinden van betekenisvolle plaatsen of zelfs biologische ouders een moeilijke taak, vooral vanwege taalbarrières.

Gelukkig bieden verschillende organisaties, waaronder Lotus Tours, Pangea Travel en Giggling Bamboo Travel, op maat gemaakte rootsreizen met tolken. Dit vergroot de kans aanzienlijk dat reizigers meer te weten komen over hun afkomst, omdat deze organisaties een relevant netwerk hebben in de landen in kwestie en permanente verzorgers of pleegouders uit het verleden kunnen opsporen. Ze geven ook toestemming om kindertehuizen en andere relevante locaties te bezoeken.

Ook de overheid kan in sommige gevallen een handje helpen

In het verleden werden rootsreizen meestal ondernomen door jongvolwassenen, maar tegenwoordig ondernemen gezinnen met jonge adoptiekinderen steeds vaker zulke reizen. Het FIOM, een overheidsinstantie die zich bezighoudt met afstammingskwesties, waarschuwt adoptieouders in een informatiebrochure voor de aard van rootsreizen voor kinderen in de basisschoolleeftijd.

Ze benadrukken dat rootsreizen geen vakanties zijn, maar eerder emotionele reizen naar het vaak moeilijke begin van het leven van het kind. Hoewel het goed kan zijn voor adoptiekinderen om een tastbaar begrip te krijgen van hun afkomst, kan het ook leiden tot het loslaten van opgekropte emoties.

Nu het vakantieseizoen in volle gang is, kunnen degenen die dol zijn op sociale media voor een dilemma komen te staan: is het mogelijk dat je niet echt op reis bent gegaan als je er niets over hebt gepost? Er is echter een plek in Europa die zich vastklampt aan een telefoonvrije zone waar deze kwestie totaal irrelevant wordt. Volgens CNN heeft het eiland Ulko-Tammio in Finland toeristen aangemoedigd om de verleiding te weerstaan om onder andere berichten naar hun geliefden te sturen en hun sociale media-accounts bij te werken.

Ulko-Tammio claimt ’s werelds allereerste “telefoonvrije toeristeneiland” te zijn en ligt in de Oostelijke Finse Golf, een nationaal park dat vaak het “gelukkigste land ter wereld” wordt genoemd. “Het eiland Ulko-Tammio, gelegen voor de kust van Hamina, zal deze zomer een telefoonvrij gebied zijn,” verklaarde Mats Selin, een specialist in eilandtoerisme bij Visit Kotka-Hamina. “We willen reizigers inspireren om hun telefoon uit te zetten en echt van de eilanden te genieten.” Ulko-Tammio, een van de 41 nationale parken in Finland, is onbewoond maar herbergt verschillende zeldzame vogels en planten die bezoekers kunnen bewonderen tijdens een wandeling over de natuurpaden van het eiland of vanaf de vogeltoren op het eiland.

Aftsand nemen van sociale media

Hoewel deelname vrijwillig is, hoopt men dat toeristen zich losmaken van technologie en zich bezighouden met de natuurlijke omgeving van het eiland. Volgens Sari Castrén, een psycholoog en onderzoeksmanager bij het Finse Instituut voor Gezondheid en Welzijn, is het loslaten van je telefoon en het omarmen van face-to-face interacties met mensen en de natuur een zekere manier om je stemming en welzijn te verbeteren.

Door even afstand te nemen van het eindeloze scrollen op sociale media kunnen toeristen meer tijd creëren voor nieuwe ervaringen. Om Ulko-Tammio en andere eilanden in het nationale park te bereiken, moeten bezoekers meestal een veerboot of watertaxi boeken, wat kan worden gedaan met een mobiel apparaat.